Ultramarathon
Wedstrijdverslag
12 augustus 2012
Monschau Duitsland
Ultramarathon Monschau, 56 kilometer op 12 augustus 2012.
Een aantal maanden terug wilde ik me inschrijven voor mijn 7e marathon van Monschau. Ik opende de site en zag tot mijn verbazing dat er naast de marathon ook voor het eerst een ultraloop over 56 kilometer werd georganiseerd.
Zoals de organisatie schreef: einen Leckerbissen für die Freunde des Ultralaufs.
Na mijn prachtige ervaring van vorig jaar in Zwitserland, die later niet zo goed afliep ivm mijn nekharnia, maar waar ik toch ook heel veel mooie herinneringen aan bewaar, besluit ik me toch voor deze ultraloop in te schrijven. Volgens de organisatie is er een eerste ronde van 14 kilometer als voorafje voor de marathon waarin veel geklommen en gedaald moet worden. De start is al om 6 uur ipv de gebruikelijke 8 uur.
Marloes wilde deze keer in Nederland op vakantie gaan en wel in Limburg. Ik pas me dan natuurlijk aan, want in mijn achterhoofd weet ik natuurlijk dat Valkenburg en Monschau niet zo heel ver van elkaar liggen. Ik moet alleen de vakantie plannen begin augustus, de rest komt wel in orde.
Marloes is er vanuit gegaan dat ik me heb ingeschreven voor de marathon, maar dat heb ik haar later toch maar eerlijk opgebiecht dat het ietsje verder zou zijn. Nu gaat Marloes toch zelden mee, eigenlijk alleen in Rotterdam, dus het maakt haar eigenlijk niet uit of ik 42 of 56 kilometer ga lopen.
Op 1 augustus gaan we op vakantie naar Berg en Terblijt, een dorpje vlak naast Valkenburg en hebben daar een mooie camping. Het dorppje ligt tussen Maastricht en Valkenburg in en ligt bovenop een berg, de Cauberg. Of je nu vanuit Maastricht loopt of fietst, of vanuit Valkenburg, het is en blijft een pittige klim, die ik dus regelmatig als training kan doen als voorbereiding op Monschau. Op 5 augustus heb ik ook nog een 10,4 kilometer loop gedaan in België, in Bilzen, al ging dat moeizaam ivm de warmte, maar net binnen de 50 minuten.
Inmiddels is het 11 augustus, de da voor de ultramarathon. Ik maak alles al gereed voor de volgende dag, want ik wil al om een uur of 4 in de nacht vertrekken van de camping zodat ik op tijd in Monschau ben. Ik heb een maand terug ook een camera gekocht om mee te kunnen hardlopen en gelijk opnamen te kunnen maken van de mooie omgeving. De camera bevestig ik aan een haarband waardoor die rechts van mijn hoofd komt te hangen. Ik heb als eens getest en merkte toen dat het beeld wel heel veel heen en weer ging en ook zag je iedere keer een plukje van mijn haar en een stuk neus links in de bovenhoek, maar eens kijken of ik hem anders in kan stellen. Ook heb ik een mooie ergonomische rugzak gekocht, daar ben ik vreselijk blij mee. De rugzak die ik had kon aan de onderkant niet vast en lag constant te klapperen op mijn rug, de reden waarvan ik denk dat het de oorzaak was van mijn hernia. Deze rugzak is licht, ruim genoeg, zit op een soort frame en zit perfect op je rug. Een enorme uitkomst en een geweldige koop.
Ik wil snel nog even wat batterijen opladen om alles te kunnen filmen, maar kom er achter dat het opladen zo’n 4 uur in beslag neemt. Ik kan met een batterij tussen de 1,5 en 2 uur filmen, waardoor ik er zo’n 4 nodig zal hebben. Ik heb er 5 maar ga dat opladen nooit meer redden. Balen, maar het is niet anders, maar kijken hoever ik kom.
Ger Kooijman, een vriend van me hoort dat ik in Monschau wil gaan lopen en wil nu ook zijn eerste ultraloop gaan doen, ik weet niet of het verstandig om juist in Monschau te beginnen, maar goed. Ger gaat al om 1 uur ’s-Nachts op pad en hoopt dan netjes op tijd te zijn. Het is toch ruim 3 uur rijden, dan gaat dat zeker lukken. Ger wil altijd wat eerder aanwezig zijn dan ik, maar dat is bekend.
Ik zet de wekker op 3.45 en ga naar het toilet, eet een grote schaal met muesli en rozijnen met melk zodat ik er voorlopig tegen zou kunnen. Ik pak de rest van mijn spullen bij elkaar, de andfere spullen liggen al in de auto die buiten het hek van de camping staat geparkeerd, want de slagboom is zo vroeg nog niet open.
Als ik in de auto stap is het al 4.20 uur, maar ruim de tijd om voor 6 uur aanwezig te kunnen zijn. Net voordat ik weg wil rijden belt Ger me op. Hij zit nu in Monschau maar kan het niet vinden. Ik vertel hem dat de start niet in Monschau is, maar in Konzen waarna hij daarnaar op zoek gaat en ik kan vertrekken.
Uiteraard is het niet druk onderweg, maar er zijn wel tal van wegwerkzaamheden en in alle dorpjes schiet het ook niet op. Dan weer 50, dan weer 70, dan weer een stoplicht, maar uiteindelijk kom ik in Konzen aan om 5.20 , ik moet nog 10 minuten ploeteren om de auto kwijt te raken, maar om 5.30 is alles geregeld. Ik wandel met al mijn spullen, een sporttas, rugzak en een plastic tas naar de inschrijving om mijn startnummer op te halen. Ger staat al geruime tijd te wachten. Ik krijg alvast een zwart shirt met finisher 56 ultraloop, is eigenlijk jammer, die zou ik liever na afloop hebben gekregen, net als bij de Swiss Alpine, maar ja.
Ik ga naar de omkleedruimte en kleed me om, pak al mijn spulletjes. Ik kom erachter dat ik de haarband voor mijn camera in de caravan heb laten liggen en besluit dan maar met de camera in mijn hand te gaan lopen. Je kunt hem lekker beetpakken, dat is geen enkel probleem, ik schakel de camera dan vaak in en uit, dat spaart batterijen en dan heb ik wellicht genoeg aan de 3 batterijen die inmiddels bijna vol zijn.
Ger wil nog even wat uit zijn auto halen. Ik kijk op mijn horloge en zie dat het al 6 uur is. Geen tijd meer, we zijn al te laat en op een drafje gaan we naar de start. Ik zie nog meer lopers die te laat zijn, echter blijkt dat de start niet om 6 uur is, maar gelukkig om 6.05 , zodat we toch nog net op tijd zijn. De wandelaars kunnen starten vanaf 6 uur tot 7.15 uur en die doen de marathon afstand.
Om 6.05 gaan we van start en ik film dat gedeelte. Al vanaf de start gaat het steil omhoog en gaan we een Naturschútzgebiet in. Het is waanzinnig moei lopen, maar er zit geen stukje vlak in, hetr is of omhoog, of omlaag. Na de eerste ronde van 14 kilometer kom ik door in 1.16 en voel dan mijn benen al, dat hakt er aardig in. Ger is in geen velden of wegen te zien, die kan het lang volhouden maar is minder snel. Vroeger heeft hij de marathon onder de 3 uur gelopen, maar nu loopt hij tegen de 60 en is dat wat minder snel geworden,
Ik loop nu weer op de marathonroute die ik al 6 keer heb gelopen en alles is me bekend. Het is wel lekker dat we vrijwel alleen lopen. Tal van lopers op de ultramarathon loopt voor me en ook een grote groep achter me, maar van de marathonlopers hebben we nog geen last, die starten om 8 uur en verwacht ik pas rond kilometer 30.
Via Konzen dalen we af naar Monschau en daar is mijn eerste batterij op. Ik stop even, dioe mijn rugzak af, drink wat, plas even, doe een nieuwe batterij in de camera, neem een half gelletje en ga weer op pad. Het is lekker rustig in Monschau en genieten. Het blijft een mooi stadje midden in een prachtige natuur, de Eifel is mooi.
Na het geslinger door het bos, omhoog en omlaag, komen we op het steilste stuk, dat is bij de marathon het stuk tussen de 12 en 14 kilometer, in mijn geval dan tussen de 26 en 28 kilometer. Dit gaat soms zo steil, zodat ik bewust wat ga wandelen om mijn kuiten wat te sparen. Bij de 28 kilometer komen de eerste twee lopers op de marathon al voorbij stuiven, ongelooflijk wat een snelheid en dan zie je mij zwoegen.
Vanaf de 28 dalen we flink af en is het uitkijken waar je je voeten neerzet, er is veel ongelijk aan stenen, boomwortels en takken en je gaat erg snel. Zonder kleerscheuren kom ik bij de drankpost van 31`,5 kilometer aan. Ik stop even, neem een gelletje, doe wat water in een flesje waar ik alvast poeder in heb gedaan om mijn eigen drankje te kunnen drinken en ga weer op pad. Het is nu afzien geblazen. De zon scheen al de hele tijd fel op de lopers, maar we liepen vaak beschut onder de bomen, nu lopen we veelal volop in de zon en we weten allemaal hoeveel lol ik heb als de zon schijnt.
Ik moet nog een eind en doe het rustig aan, anders ga ik het nooit halen.
Rond de 34 kilometer haalt Mo Idrissi me in, een loper van de AVVN, die me herkent en me moed inspreekt. Ik blijf mijn eigen tempo lopen en geef aan dat hij lekker door moet gaan.
Na de zoveelste drankpost, ik geloof dat het er bijna 20 waren, voel ik me weer fris. Mijn hoofd lekker nat gegooid, goed gedronken, weer een gelletje en weer verder.
Na zo’n 37 kilometer hoor ik mijn naamen komt Frans Woerden me voorbij lopen. Ik had hem bij de 56 kilometer verwacht en had hem niet gezien, maar achteraf blijkt hij de marathon te hebben gelopen, zijn langzaamste ooit in 3.33 , ik heb er bijna nooit één sneller gelopen. Frans voind het een erg zware loop, veel onverhard, veel stijgen en dalen en hij heeft het moleilijk gehad, hij was zijn zicht even kwijt en bleek later een zonnesteek opgelopen te hebben. Ik heb een enorm dikke haarbos en heb daar geen last van gehad, al had ik de zon liever ook niet gezien.
Bij de 39 kilometer stop ik even om te plassen, wat aangeeft dat ik goed gedronken heb onderweg en op dat moment hoor ik roepen, COR, AFKNIJPEN !
Het is Christel Jaarsma, een ultraloopster die altijd met fleurige kleren aan loopt en met een rokje. Ik heb vorig jaar een hele tijd met haar samen gelopen tijdens de Swiss Alpine waar ze het moeilijk had en waar ze me de laatste kilometer inhaalde toen ik liep te hinken vanwege mijn verzwikte enkel.
Ik loop even met Christel mee, haal wat voeding uit haar rugzak en geef dat haar, maar al snel blijkt dat ze me te snel gaat en ik laat haar gaan. Nog een hele tijd blijft ze in zicht, maar als ik bij de 41 kilometer stop om weer een drankje te maken is ze uit het zicht.
Na een zware stijging gaan we nu weer dalen en komen we weer in de bewoonde wereld. We lopen door een aantal dorpjes waar ook het laatste punt is voor de estafette om te wisselen, dat ius dan voor de marathon.
Regelmatig halen estafettelopers en marathonlopers me in en ook klinkt er vaak respekt uit hun monden, om aan te geven dat ze het toch knap vinden waar je mee bezig bent.
Bij km 45 dalen we verder af en komen onderin terecht. Mijn batterij is weer leeg en ik doe de laatste erin, dat ga ik wel redden. Het is nu prachtig lopen langs een riviertje en lekker koel, maar ik weet wat er nog gaat komen en dat is niet leuk meer. We moeten nog een heel eind omhoog en ook in de volle zon, dat is geen pretje.
Bij km 48 zitten we aan de voet van de berg en vanaf nu gaat het flink omhoog. Ik begin pijnsteken te voelen in mijn rechter knie en besluit geen risico te nemen. De flink steile stuken wandel ik naar boven, dat kost me natuurlijk wel tijd, maar ik merk ook dat ik daar net als bij de strandmarathon in Scheveningen goed van herstel. Eindelijk boven gekomen is het nog zo’n 5 kilometer naar de finish. Tijdens de afdalingen voel ik toch regelmatig de pijnscheuten in de knie en wandel af en toe een stukje om de knie wat te ontzien. Om me heen kom je iedere keer dezelfde lopers tegen die dan weer hardlopen en dan weer wandelen, je maakt eens een praatje en dat schept een band.
De laatste kilometer breekt aan, dat is nog zwaar. Konzen ligt vrij hoog en we moeten nog een aantal flinke baggerheuvels op, maar ook dat doe ik wandelend. Bij km 56 zie ik dat we toch ook die 195 meter nog moeten afleggen, dat is geen probleem, ik voel me goed en lachend kom ik over de streep na ruim 6.12 , niet mijn vooraf geschatte 6 uur, maar iets langzamer, hoofdzakelijk door de knie, maar ik heb daar nu al geen last meer van. Bij de finish zie ik Ger zitten, hij blijkt bij de 32 te zijn uitgestapt. Zijn rechter enkel is nogal zwak en hij was er al een aantal keren doorheen gegaan. Hij had alleen maar asfalt verwacht, maar dan kom je hier bedrogen uit, het is juist heel veel onverhard en ongelijk, een echte natuurloop.
Na afloop wil ik gaan douchen, maar daar blijkt een heel klein straaltje uit te komen en ook nog eens ijskoud, dus dat doen we maar niet, meer als opfrissen gaat het niet worden.
Na het omkleden mijn oorkonde opgehaald en getooid met mijn nieuwe shirt, oorkonde en medaille gaan we op pad. We drinken nog even wat voordat we op pad gaan. Eten doe ik nog even niet, mijn maag moet nog even bijkomen, wel een banaan en een hersteldrankje, meer even niet.
Ger gaat met zijn auto een stuk achter me aan en is helemaal kapot. Hij heeft de hele nacht niet geslapen, is moe van het lopen en moet nu nog naar huis rijden, als dat maar goed gaat. Vlak voor de afslag Maastricht gaat Ger alleen verder, achteraf heeft hij de auto een uurtje aan de kant gezet om even een tukkie te doen, is verstandig denk ik. Onder het genot van radio 1 en de tussenstand van Utrecht-Feyenoord 0-1 keer ik terug op de camping waar ik om 14.30 uur weer arriveer.
De benen voelen super, geen spierpijn, wel is het lichaam moe en heb ik prikogen door slaapgebrek, de inspanningen en de zon, maar na een goede nachtrust voelt ook dat weer goed.
Op naar de marathon van St.Oedenrode op 4 november of wat er wellicht eerder op mijn pad komt.
Monschau Duitsland
Ultramarathon Monschau, 56 kilometer op 12 augustus 2012.
Een aantal maanden terug wilde ik me inschrijven voor mijn 7e marathon van Monschau. Ik opende de site en zag tot mijn verbazing dat er naast de marathon ook voor het eerst een ultraloop over 56 kilometer werd georganiseerd.
Zoals de organisatie schreef: einen Leckerbissen für die Freunde des Ultralaufs.
Na mijn prachtige ervaring van vorig jaar in Zwitserland, die later niet zo goed afliep ivm mijn nekharnia, maar waar ik toch ook heel veel mooie herinneringen aan bewaar, besluit ik me toch voor deze ultraloop in te schrijven. Volgens de organisatie is er een eerste ronde van 14 kilometer als voorafje voor de marathon waarin veel geklommen en gedaald moet worden. De start is al om 6 uur ipv de gebruikelijke 8 uur.
Marloes wilde deze keer in Nederland op vakantie gaan en wel in Limburg. Ik pas me dan natuurlijk aan, want in mijn achterhoofd weet ik natuurlijk dat Valkenburg en Monschau niet zo heel ver van elkaar liggen. Ik moet alleen de vakantie plannen begin augustus, de rest komt wel in orde.
Marloes is er vanuit gegaan dat ik me heb ingeschreven voor de marathon, maar dat heb ik haar later toch maar eerlijk opgebiecht dat het ietsje verder zou zijn. Nu gaat Marloes toch zelden mee, eigenlijk alleen in Rotterdam, dus het maakt haar eigenlijk niet uit of ik 42 of 56 kilometer ga lopen.
Op 1 augustus gaan we op vakantie naar Berg en Terblijt, een dorpje vlak naast Valkenburg en hebben daar een mooie camping. Het dorppje ligt tussen Maastricht en Valkenburg in en ligt bovenop een berg, de Cauberg. Of je nu vanuit Maastricht loopt of fietst, of vanuit Valkenburg, het is en blijft een pittige klim, die ik dus regelmatig als training kan doen als voorbereiding op Monschau. Op 5 augustus heb ik ook nog een 10,4 kilometer loop gedaan in België, in Bilzen, al ging dat moeizaam ivm de warmte, maar net binnen de 50 minuten.
Inmiddels is het 11 augustus, de da voor de ultramarathon. Ik maak alles al gereed voor de volgende dag, want ik wil al om een uur of 4 in de nacht vertrekken van de camping zodat ik op tijd in Monschau ben. Ik heb een maand terug ook een camera gekocht om mee te kunnen hardlopen en gelijk opnamen te kunnen maken van de mooie omgeving. De camera bevestig ik aan een haarband waardoor die rechts van mijn hoofd komt te hangen. Ik heb als eens getest en merkte toen dat het beeld wel heel veel heen en weer ging en ook zag je iedere keer een plukje van mijn haar en een stuk neus links in de bovenhoek, maar eens kijken of ik hem anders in kan stellen. Ook heb ik een mooie ergonomische rugzak gekocht, daar ben ik vreselijk blij mee. De rugzak die ik had kon aan de onderkant niet vast en lag constant te klapperen op mijn rug, de reden waarvan ik denk dat het de oorzaak was van mijn hernia. Deze rugzak is licht, ruim genoeg, zit op een soort frame en zit perfect op je rug. Een enorme uitkomst en een geweldige koop.
Ik wil snel nog even wat batterijen opladen om alles te kunnen filmen, maar kom er achter dat het opladen zo’n 4 uur in beslag neemt. Ik kan met een batterij tussen de 1,5 en 2 uur filmen, waardoor ik er zo’n 4 nodig zal hebben. Ik heb er 5 maar ga dat opladen nooit meer redden. Balen, maar het is niet anders, maar kijken hoever ik kom.
Ger Kooijman, een vriend van me hoort dat ik in Monschau wil gaan lopen en wil nu ook zijn eerste ultraloop gaan doen, ik weet niet of het verstandig om juist in Monschau te beginnen, maar goed. Ger gaat al om 1 uur ’s-Nachts op pad en hoopt dan netjes op tijd te zijn. Het is toch ruim 3 uur rijden, dan gaat dat zeker lukken. Ger wil altijd wat eerder aanwezig zijn dan ik, maar dat is bekend.
Ik zet de wekker op 3.45 en ga naar het toilet, eet een grote schaal met muesli en rozijnen met melk zodat ik er voorlopig tegen zou kunnen. Ik pak de rest van mijn spullen bij elkaar, de andfere spullen liggen al in de auto die buiten het hek van de camping staat geparkeerd, want de slagboom is zo vroeg nog niet open.
Als ik in de auto stap is het al 4.20 uur, maar ruim de tijd om voor 6 uur aanwezig te kunnen zijn. Net voordat ik weg wil rijden belt Ger me op. Hij zit nu in Monschau maar kan het niet vinden. Ik vertel hem dat de start niet in Monschau is, maar in Konzen waarna hij daarnaar op zoek gaat en ik kan vertrekken.
Uiteraard is het niet druk onderweg, maar er zijn wel tal van wegwerkzaamheden en in alle dorpjes schiet het ook niet op. Dan weer 50, dan weer 70, dan weer een stoplicht, maar uiteindelijk kom ik in Konzen aan om 5.20 , ik moet nog 10 minuten ploeteren om de auto kwijt te raken, maar om 5.30 is alles geregeld. Ik wandel met al mijn spullen, een sporttas, rugzak en een plastic tas naar de inschrijving om mijn startnummer op te halen. Ger staat al geruime tijd te wachten. Ik krijg alvast een zwart shirt met finisher 56 ultraloop, is eigenlijk jammer, die zou ik liever na afloop hebben gekregen, net als bij de Swiss Alpine, maar ja.
Ik ga naar de omkleedruimte en kleed me om, pak al mijn spulletjes. Ik kom erachter dat ik de haarband voor mijn camera in de caravan heb laten liggen en besluit dan maar met de camera in mijn hand te gaan lopen. Je kunt hem lekker beetpakken, dat is geen enkel probleem, ik schakel de camera dan vaak in en uit, dat spaart batterijen en dan heb ik wellicht genoeg aan de 3 batterijen die inmiddels bijna vol zijn.
Ger wil nog even wat uit zijn auto halen. Ik kijk op mijn horloge en zie dat het al 6 uur is. Geen tijd meer, we zijn al te laat en op een drafje gaan we naar de start. Ik zie nog meer lopers die te laat zijn, echter blijkt dat de start niet om 6 uur is, maar gelukkig om 6.05 , zodat we toch nog net op tijd zijn. De wandelaars kunnen starten vanaf 6 uur tot 7.15 uur en die doen de marathon afstand.
Om 6.05 gaan we van start en ik film dat gedeelte. Al vanaf de start gaat het steil omhoog en gaan we een Naturschútzgebiet in. Het is waanzinnig moei lopen, maar er zit geen stukje vlak in, hetr is of omhoog, of omlaag. Na de eerste ronde van 14 kilometer kom ik door in 1.16 en voel dan mijn benen al, dat hakt er aardig in. Ger is in geen velden of wegen te zien, die kan het lang volhouden maar is minder snel. Vroeger heeft hij de marathon onder de 3 uur gelopen, maar nu loopt hij tegen de 60 en is dat wat minder snel geworden,
Ik loop nu weer op de marathonroute die ik al 6 keer heb gelopen en alles is me bekend. Het is wel lekker dat we vrijwel alleen lopen. Tal van lopers op de ultramarathon loopt voor me en ook een grote groep achter me, maar van de marathonlopers hebben we nog geen last, die starten om 8 uur en verwacht ik pas rond kilometer 30.
Via Konzen dalen we af naar Monschau en daar is mijn eerste batterij op. Ik stop even, dioe mijn rugzak af, drink wat, plas even, doe een nieuwe batterij in de camera, neem een half gelletje en ga weer op pad. Het is lekker rustig in Monschau en genieten. Het blijft een mooi stadje midden in een prachtige natuur, de Eifel is mooi.
Na het geslinger door het bos, omhoog en omlaag, komen we op het steilste stuk, dat is bij de marathon het stuk tussen de 12 en 14 kilometer, in mijn geval dan tussen de 26 en 28 kilometer. Dit gaat soms zo steil, zodat ik bewust wat ga wandelen om mijn kuiten wat te sparen. Bij de 28 kilometer komen de eerste twee lopers op de marathon al voorbij stuiven, ongelooflijk wat een snelheid en dan zie je mij zwoegen.
Vanaf de 28 dalen we flink af en is het uitkijken waar je je voeten neerzet, er is veel ongelijk aan stenen, boomwortels en takken en je gaat erg snel. Zonder kleerscheuren kom ik bij de drankpost van 31`,5 kilometer aan. Ik stop even, neem een gelletje, doe wat water in een flesje waar ik alvast poeder in heb gedaan om mijn eigen drankje te kunnen drinken en ga weer op pad. Het is nu afzien geblazen. De zon scheen al de hele tijd fel op de lopers, maar we liepen vaak beschut onder de bomen, nu lopen we veelal volop in de zon en we weten allemaal hoeveel lol ik heb als de zon schijnt.
Ik moet nog een eind en doe het rustig aan, anders ga ik het nooit halen.
Rond de 34 kilometer haalt Mo Idrissi me in, een loper van de AVVN, die me herkent en me moed inspreekt. Ik blijf mijn eigen tempo lopen en geef aan dat hij lekker door moet gaan.
Na de zoveelste drankpost, ik geloof dat het er bijna 20 waren, voel ik me weer fris. Mijn hoofd lekker nat gegooid, goed gedronken, weer een gelletje en weer verder.
Na zo’n 37 kilometer hoor ik mijn naamen komt Frans Woerden me voorbij lopen. Ik had hem bij de 56 kilometer verwacht en had hem niet gezien, maar achteraf blijkt hij de marathon te hebben gelopen, zijn langzaamste ooit in 3.33 , ik heb er bijna nooit één sneller gelopen. Frans voind het een erg zware loop, veel onverhard, veel stijgen en dalen en hij heeft het moleilijk gehad, hij was zijn zicht even kwijt en bleek later een zonnesteek opgelopen te hebben. Ik heb een enorm dikke haarbos en heb daar geen last van gehad, al had ik de zon liever ook niet gezien.
Bij de 39 kilometer stop ik even om te plassen, wat aangeeft dat ik goed gedronken heb onderweg en op dat moment hoor ik roepen, COR, AFKNIJPEN !
Het is Christel Jaarsma, een ultraloopster die altijd met fleurige kleren aan loopt en met een rokje. Ik heb vorig jaar een hele tijd met haar samen gelopen tijdens de Swiss Alpine waar ze het moeilijk had en waar ze me de laatste kilometer inhaalde toen ik liep te hinken vanwege mijn verzwikte enkel.
Ik loop even met Christel mee, haal wat voeding uit haar rugzak en geef dat haar, maar al snel blijkt dat ze me te snel gaat en ik laat haar gaan. Nog een hele tijd blijft ze in zicht, maar als ik bij de 41 kilometer stop om weer een drankje te maken is ze uit het zicht.
Na een zware stijging gaan we nu weer dalen en komen we weer in de bewoonde wereld. We lopen door een aantal dorpjes waar ook het laatste punt is voor de estafette om te wisselen, dat ius dan voor de marathon.
Regelmatig halen estafettelopers en marathonlopers me in en ook klinkt er vaak respekt uit hun monden, om aan te geven dat ze het toch knap vinden waar je mee bezig bent.
Bij km 45 dalen we verder af en komen onderin terecht. Mijn batterij is weer leeg en ik doe de laatste erin, dat ga ik wel redden. Het is nu prachtig lopen langs een riviertje en lekker koel, maar ik weet wat er nog gaat komen en dat is niet leuk meer. We moeten nog een heel eind omhoog en ook in de volle zon, dat is geen pretje.
Bij km 48 zitten we aan de voet van de berg en vanaf nu gaat het flink omhoog. Ik begin pijnsteken te voelen in mijn rechter knie en besluit geen risico te nemen. De flink steile stuken wandel ik naar boven, dat kost me natuurlijk wel tijd, maar ik merk ook dat ik daar net als bij de strandmarathon in Scheveningen goed van herstel. Eindelijk boven gekomen is het nog zo’n 5 kilometer naar de finish. Tijdens de afdalingen voel ik toch regelmatig de pijnscheuten in de knie en wandel af en toe een stukje om de knie wat te ontzien. Om me heen kom je iedere keer dezelfde lopers tegen die dan weer hardlopen en dan weer wandelen, je maakt eens een praatje en dat schept een band.
De laatste kilometer breekt aan, dat is nog zwaar. Konzen ligt vrij hoog en we moeten nog een aantal flinke baggerheuvels op, maar ook dat doe ik wandelend. Bij km 56 zie ik dat we toch ook die 195 meter nog moeten afleggen, dat is geen probleem, ik voel me goed en lachend kom ik over de streep na ruim 6.12 , niet mijn vooraf geschatte 6 uur, maar iets langzamer, hoofdzakelijk door de knie, maar ik heb daar nu al geen last meer van. Bij de finish zie ik Ger zitten, hij blijkt bij de 32 te zijn uitgestapt. Zijn rechter enkel is nogal zwak en hij was er al een aantal keren doorheen gegaan. Hij had alleen maar asfalt verwacht, maar dan kom je hier bedrogen uit, het is juist heel veel onverhard en ongelijk, een echte natuurloop.
Na afloop wil ik gaan douchen, maar daar blijkt een heel klein straaltje uit te komen en ook nog eens ijskoud, dus dat doen we maar niet, meer als opfrissen gaat het niet worden.
Na het omkleden mijn oorkonde opgehaald en getooid met mijn nieuwe shirt, oorkonde en medaille gaan we op pad. We drinken nog even wat voordat we op pad gaan. Eten doe ik nog even niet, mijn maag moet nog even bijkomen, wel een banaan en een hersteldrankje, meer even niet.
Ger gaat met zijn auto een stuk achter me aan en is helemaal kapot. Hij heeft de hele nacht niet geslapen, is moe van het lopen en moet nu nog naar huis rijden, als dat maar goed gaat. Vlak voor de afslag Maastricht gaat Ger alleen verder, achteraf heeft hij de auto een uurtje aan de kant gezet om even een tukkie te doen, is verstandig denk ik. Onder het genot van radio 1 en de tussenstand van Utrecht-Feyenoord 0-1 keer ik terug op de camping waar ik om 14.30 uur weer arriveer.
De benen voelen super, geen spierpijn, wel is het lichaam moe en heb ik prikogen door slaapgebrek, de inspanningen en de zon, maar na een goede nachtrust voelt ook dat weer goed.
Op naar de marathon van St.Oedenrode op 4 november of wat er wellicht eerder op mijn pad komt.