Jungfrau marathon (1)
Wedstrijdverslag
12 september 2015
Interlaken
Woensdag 9 september om 3 uur ’s nachts vertrokken John van der Linden, Piet (Wuijster) en ik met de auto naar Zwitserland om op zaterdag de 12e september de Jungfrau marathon te gaan lopen. Ronald (de Ridder) was ook ingeschreven, maar hij moest definitief afhaken wegens zijn heup, heel erg sneu voor hem, wetende dat hij ook enorm genoten zou hebben van het meedoen er daar zijn. De dagen voor de marathon zijn vooral nuttig om te acclimatiseren , parcours te verkennen en vooral een paar dagen gezellig met elkaar optrekken en genieten, dat is wat wij zeker alle drie gedaan hebben, zowel voor de marathon, als tijdens, maar ook vooral het napraten, je raakt er niet over uitgepraat.
Rond 12 uur ’s middags kwamen wij aan bij ons Hotel Alpenblick in Wilderswil, waar wij hartelijk werden ontvangen door de bazin, wel vroeg zij onmiddellijk waar de anderen waren, want zij zijn eraan gewend dat wij ieder jaar wel met een aardig groepje in Hotel Alpenblick komen stapelen voor de Jungfrau marathon. Lekker eten met een biertje en de avond voor het lopen natuurlijk de vertrouwde pasta in diverse soorten, nee aan eten daar geen gebrek, je moet uitkijken dat je in die dagen geen kilo’s aankomt.
Na op het terras het traditionele biertje te hebben gedronken gingen we richting station om naar Lauterbrunnen te reizen met het doel een stukje parcours te verkennen, speciaal voor John erg fijn, omdat hij dit voor het eerst gaat meemaken. Het weer was prima, niet te warm en niet te koud, lekker wandelweer. De “muur van Wengen” is een berucht stukje van het parcours. Deze muur begint bij 26 km en duurt ongeveer 3 km en heeft 26 haarspeldbochten met totaal ca. 500 stijgingsmeters, de kilometers worden nu aangegeven in 26 km, 26.250, 26.500 26.750 etc., iedere keer dat ik dat stukje weer (her)verken denk ik weer van, oh ja en als ik dit stuk zaterdag achter de rug heb, moeten de ergste 12 km nog komen. John vond het fijn dat hij nu wist wat hem te wachten stond, hoewel hij af en toe ook lichtelijk verontrust zijn kuiten betastte of hij dit zaterdag wel aandurfde, hij was namelijk geblesseerd geweest en had geen ideale voorbereiding achter de rug.
De volgende dag, donderdag, besloten wij het moeilijkste gedeelte van het parcours op het gemak te gaan wandelen, van Wengen (dus na die beruchte MUUR) via de moräne op 2205 m naar de finish op de Kleine Scheidegg op 2061 m, hier heb je geen normale paden meer, maar alpinepaadjes met los grind, grote keien, geulen, zodat de stappen die je moet zetten niet allemaal even makkelijk zijn. Wij begonnen in Wengen op 1284 m, dus zo’n 1000 stijgingsmeters te gaan. Toen wij daar liepen zagen wij de lucht steeds donkerder worden, maar gelukkig waren de mannen het erover eens dat de buien die in de lucht duidelijk zichtbaar waren NIET onze kant op kwamen, echter de deskundigheid van Piet m.b.t. weersvoorspellingen bleek niet helemaal top, hij heet tenslotte ook geen Paulusma, dus toen wij aan het laatste stuk van het parcours begonnen begon het te regenen, vervolgens harder te regenen, toen te onweren en te hagelen, ik denk dat het toen 3°C was en wij liepen in onze korte broek zo hard mogelijk naar de finish, waar wij ons weer opgewarmd hebben met een kop heerlijke soep.
Vrijdagmorgen startnummer opgehaald in Interlaken en ’s middags heerlijk relaxen.
Zaterdag 12 september, de dag van de marathon, al vroeg om 6 uur ontbijten en 7.15 uur in de bus naar de start. In Interlaken al een drukte van belang, we kleden ons om in de mega grote tent naast de start. Nu gaan we het startvak in, wij wensen elkaar heel veel succes, luisteren naar het Zwitserse volkslied en nadat de lawine explosie knal de lucht in ging vertrokken wij met ca. 4500 lopers onder een strakblauwe hemel, de temperatuur 11°C, weinig wind, perfect gewoon, het was helemaal niet koud, de weersvoorspelling was prima, wat een geluk na dat weer van donderdag en zondag werd weer regen voorspeld.
De eerste 10 km zijn helemaal vlak op een viaductje na en ik kom door op 1.02.12, helemaal goed, daarna begint een lichte klim, gewoon het tempo laten zakken en rustig doorlopen, alles heel houden is het motto. Ze zeggen dat de 1ste helft redelijk vlak is, maar in die 1ste halve marathon stijg je toch zo’n 350 m, dat is toch niet niks, je gaat wat omlaag en weer omhoog, het blijft nergens lekker vlak zoals thuis, maar dat is ook wel weer de charme van zo’n bergmarathon. Halverwege kwam ik door in 2.23.52 en ik voel me super. Ik kan me bijna niet voorstellen dat ik er al 21.1 km op heb zitten, maar dat komt door het publiek, je wordt constant afgeleid door mensen die je aanmoedigen door met koeienbellen, zo groot als emmers, te zwaaien, wat een keihard geluid geeft (ze hebben zelf gehoorbescherming in, haha), ze roepen heya, heya en hop, hop, hop. Er staan bandjes te spelen, er zijn trommelaars, harmonicaspelers, violen, je kan het zo gek niet bedenken, je wordt op alle mogelijke manieren aangemoedigd, vooral door de lokale bevolking, kippenvel.
Na het halve marathonpunt loop ik heerlijk richting die “enge”muur van Wengen, dan kom je bij 25.6 km de bocht door, daar staat dan 1 van de vele verzorgingsposten, dus nog even goed drinken en dan maar gelijk gaan wandelen, hardlopen is voor mij dan al geen optie meer, omdat m’n hartslag dan naar 170 zou gaan, dus ik probeer stevig door te stappen, de haarspeldbochten neem ik aan de buitenzijde waar ze net iets draaglijker zijn, om me heen hoor ik niks dan gehijg, er hangen al lopers uitgeput over het hek, ik zie er al met kramp staan, ik voel me prima, ik haal al wandelend mensen in, onvoorstelbaar. Er zijn blijkbaar veel mensen, die te veel hebben gegeven in de eerste helft en zichzelf blijkbaar al hebben opgeblazen. Halverwege de muur schalt er, zoals ieder jaar, uit het huisje van Fam.Appel muziek van Pink Floyd uit de speakers en wel heel toepasselijk “Another brick in the Wall”, ik kreeg er even vleugels van, helaas is het even later weer even loeizwaar. Na de muur is het even heerlijk omlaag lopen, eventjes een bevrijding, maar even later gewoon weer omhoog. De doorkomst in Wengen is fantastisch, publiek rijen dik en muziek. Na Wengen begint er een lastig stuk, hardlopen, wandelen, hardlopen, gelukkig zie je op dat stuk aan de linkerzijde de tandradtreintjes op het enkele spoor naar boven rijden, deze treintjes zitten dan vol met begeleiders van de vele lopers, deze joelen vanuit de trein en iedereen voelt zich aangemoedigd, heerlijk, je wordt er door afgeleid. Vanaf km 33 wordt het steeds zwaarder, de stijging is hier ca. 100 m per km, dus zo’n 10%, km 34 122 stijgingsmeters, bij km 37 ga je weer wat naar beneden om vervolgens aan de zwaarste kilometers te beginnen. Als je dan het bord van 39 km ziet staan, zou je normaal gesproken denken, oh nog maar 3 km. Dat is hier toch wel heel anders, na het bord 39 km komt 39.250, 39.500 enz.enz., deze kilometers liep ik in 10 tot 15 minuten per kilometer. Kilometer 40 spant de kroon, daar heb je 216 stijgingsmeters en mijn tijd over die ene kilometer was 21.14 min., loei en loeizwaar, en die kilometer duurt dan eindeloos lang. Kilometer 41 in 17 minuten, maar kilometer 42 gaat het behoorlijk stijl omlaag, je moet jezelf wel onder controle houden en deze kilometer liep ik in 6.00, nog gevolgd door een stukje van 4.05 in de eindsprint, waarbij ik luid werd aangemoedigd. Ik kwam over de finish in 6.25.46 en was daarmee 5e V65. Blij, gelukkig en heel tevreden kwam ik over de finish en totaal niet kapot. Dat is het rare van een bergmarathon, je hebt het onderweg best zwaar, maar wanneer je het goed indeelt (eerste helft heel rustig), kun je goed aan. Uiteraard hoor ik tot de langzamere lopers en hoe gek het ook klinkt, ik heb onderweg heel veel mensen ingehaald en wel ongeveer 100 vrouwen en 150 mannen. Bij de doorkomst van de 10 km was ik 940ste vrouw, aan het eind was ik 837ste vrouw.
Deze schitterende JUNGFRAU MARATHON loop je in een waanzinnig mooi decor, de 2e helft zie je voortdurend die machtige besneeuwde bergtop voor je , je loopt ernaar toe en vervolgens ertegenop. Iedere loper, die maar een beetje marathonambitie heeft zou deze toch minstens eenmaal in z’n leven moeten lopen, zeker de lopers, die trailen leuk vinden. De paadjes, de Jungfrau op zijn alleen wel hoger dan de duinen in Schoorl, maar bang hoef je er niet voor te zijn. De laatste jaren heeft vooral Piet menig Avantriaan enthousiast gemaakt om mee te doen, inmiddels heeft een flink aantal de stap gemaakt en aan een bergloop meegedaan (Jungfrau of Swiss Alpine). Zonder superlatieven te gebruiken, iedereen was enthousiast over het lopen zelf en vooral ook over het samen beleven van zo’n bergloop, gezellig met elkaar een paar dagen in een hotel, stukje parcours verkennen, terrasje, hapje eten, kabelbaan, tandradtreintje, maakt niet uit wat je ongedwongen met elkaar doet, het is gewoon gezellig, even een hele korte hardloopvakantie met loopmaatjes en wat vooral heel veel gedaan wordt is EINDELOOS PRATEN EN NAPRATEN OVER HET LOPEN.
Piet zei als afscheid in het hotel: TOT VOLGEND JAAR.
Interlaken
Woensdag 9 september om 3 uur ’s nachts vertrokken John van der Linden, Piet (Wuijster) en ik met de auto naar Zwitserland om op zaterdag de 12e september de Jungfrau marathon te gaan lopen. Ronald (de Ridder) was ook ingeschreven, maar hij moest definitief afhaken wegens zijn heup, heel erg sneu voor hem, wetende dat hij ook enorm genoten zou hebben van het meedoen er daar zijn. De dagen voor de marathon zijn vooral nuttig om te acclimatiseren , parcours te verkennen en vooral een paar dagen gezellig met elkaar optrekken en genieten, dat is wat wij zeker alle drie gedaan hebben, zowel voor de marathon, als tijdens, maar ook vooral het napraten, je raakt er niet over uitgepraat.
Rond 12 uur ’s middags kwamen wij aan bij ons Hotel Alpenblick in Wilderswil, waar wij hartelijk werden ontvangen door de bazin, wel vroeg zij onmiddellijk waar de anderen waren, want zij zijn eraan gewend dat wij ieder jaar wel met een aardig groepje in Hotel Alpenblick komen stapelen voor de Jungfrau marathon. Lekker eten met een biertje en de avond voor het lopen natuurlijk de vertrouwde pasta in diverse soorten, nee aan eten daar geen gebrek, je moet uitkijken dat je in die dagen geen kilo’s aankomt.
Na op het terras het traditionele biertje te hebben gedronken gingen we richting station om naar Lauterbrunnen te reizen met het doel een stukje parcours te verkennen, speciaal voor John erg fijn, omdat hij dit voor het eerst gaat meemaken. Het weer was prima, niet te warm en niet te koud, lekker wandelweer. De “muur van Wengen” is een berucht stukje van het parcours. Deze muur begint bij 26 km en duurt ongeveer 3 km en heeft 26 haarspeldbochten met totaal ca. 500 stijgingsmeters, de kilometers worden nu aangegeven in 26 km, 26.250, 26.500 26.750 etc., iedere keer dat ik dat stukje weer (her)verken denk ik weer van, oh ja en als ik dit stuk zaterdag achter de rug heb, moeten de ergste 12 km nog komen. John vond het fijn dat hij nu wist wat hem te wachten stond, hoewel hij af en toe ook lichtelijk verontrust zijn kuiten betastte of hij dit zaterdag wel aandurfde, hij was namelijk geblesseerd geweest en had geen ideale voorbereiding achter de rug.
De volgende dag, donderdag, besloten wij het moeilijkste gedeelte van het parcours op het gemak te gaan wandelen, van Wengen (dus na die beruchte MUUR) via de moräne op 2205 m naar de finish op de Kleine Scheidegg op 2061 m, hier heb je geen normale paden meer, maar alpinepaadjes met los grind, grote keien, geulen, zodat de stappen die je moet zetten niet allemaal even makkelijk zijn. Wij begonnen in Wengen op 1284 m, dus zo’n 1000 stijgingsmeters te gaan. Toen wij daar liepen zagen wij de lucht steeds donkerder worden, maar gelukkig waren de mannen het erover eens dat de buien die in de lucht duidelijk zichtbaar waren NIET onze kant op kwamen, echter de deskundigheid van Piet m.b.t. weersvoorspellingen bleek niet helemaal top, hij heet tenslotte ook geen Paulusma, dus toen wij aan het laatste stuk van het parcours begonnen begon het te regenen, vervolgens harder te regenen, toen te onweren en te hagelen, ik denk dat het toen 3°C was en wij liepen in onze korte broek zo hard mogelijk naar de finish, waar wij ons weer opgewarmd hebben met een kop heerlijke soep.
Vrijdagmorgen startnummer opgehaald in Interlaken en ’s middags heerlijk relaxen.
Zaterdag 12 september, de dag van de marathon, al vroeg om 6 uur ontbijten en 7.15 uur in de bus naar de start. In Interlaken al een drukte van belang, we kleden ons om in de mega grote tent naast de start. Nu gaan we het startvak in, wij wensen elkaar heel veel succes, luisteren naar het Zwitserse volkslied en nadat de lawine explosie knal de lucht in ging vertrokken wij met ca. 4500 lopers onder een strakblauwe hemel, de temperatuur 11°C, weinig wind, perfect gewoon, het was helemaal niet koud, de weersvoorspelling was prima, wat een geluk na dat weer van donderdag en zondag werd weer regen voorspeld.
De eerste 10 km zijn helemaal vlak op een viaductje na en ik kom door op 1.02.12, helemaal goed, daarna begint een lichte klim, gewoon het tempo laten zakken en rustig doorlopen, alles heel houden is het motto. Ze zeggen dat de 1ste helft redelijk vlak is, maar in die 1ste halve marathon stijg je toch zo’n 350 m, dat is toch niet niks, je gaat wat omlaag en weer omhoog, het blijft nergens lekker vlak zoals thuis, maar dat is ook wel weer de charme van zo’n bergmarathon. Halverwege kwam ik door in 2.23.52 en ik voel me super. Ik kan me bijna niet voorstellen dat ik er al 21.1 km op heb zitten, maar dat komt door het publiek, je wordt constant afgeleid door mensen die je aanmoedigen door met koeienbellen, zo groot als emmers, te zwaaien, wat een keihard geluid geeft (ze hebben zelf gehoorbescherming in, haha), ze roepen heya, heya en hop, hop, hop. Er staan bandjes te spelen, er zijn trommelaars, harmonicaspelers, violen, je kan het zo gek niet bedenken, je wordt op alle mogelijke manieren aangemoedigd, vooral door de lokale bevolking, kippenvel.
Na het halve marathonpunt loop ik heerlijk richting die “enge”muur van Wengen, dan kom je bij 25.6 km de bocht door, daar staat dan 1 van de vele verzorgingsposten, dus nog even goed drinken en dan maar gelijk gaan wandelen, hardlopen is voor mij dan al geen optie meer, omdat m’n hartslag dan naar 170 zou gaan, dus ik probeer stevig door te stappen, de haarspeldbochten neem ik aan de buitenzijde waar ze net iets draaglijker zijn, om me heen hoor ik niks dan gehijg, er hangen al lopers uitgeput over het hek, ik zie er al met kramp staan, ik voel me prima, ik haal al wandelend mensen in, onvoorstelbaar. Er zijn blijkbaar veel mensen, die te veel hebben gegeven in de eerste helft en zichzelf blijkbaar al hebben opgeblazen. Halverwege de muur schalt er, zoals ieder jaar, uit het huisje van Fam.Appel muziek van Pink Floyd uit de speakers en wel heel toepasselijk “Another brick in the Wall”, ik kreeg er even vleugels van, helaas is het even later weer even loeizwaar. Na de muur is het even heerlijk omlaag lopen, eventjes een bevrijding, maar even later gewoon weer omhoog. De doorkomst in Wengen is fantastisch, publiek rijen dik en muziek. Na Wengen begint er een lastig stuk, hardlopen, wandelen, hardlopen, gelukkig zie je op dat stuk aan de linkerzijde de tandradtreintjes op het enkele spoor naar boven rijden, deze treintjes zitten dan vol met begeleiders van de vele lopers, deze joelen vanuit de trein en iedereen voelt zich aangemoedigd, heerlijk, je wordt er door afgeleid. Vanaf km 33 wordt het steeds zwaarder, de stijging is hier ca. 100 m per km, dus zo’n 10%, km 34 122 stijgingsmeters, bij km 37 ga je weer wat naar beneden om vervolgens aan de zwaarste kilometers te beginnen. Als je dan het bord van 39 km ziet staan, zou je normaal gesproken denken, oh nog maar 3 km. Dat is hier toch wel heel anders, na het bord 39 km komt 39.250, 39.500 enz.enz., deze kilometers liep ik in 10 tot 15 minuten per kilometer. Kilometer 40 spant de kroon, daar heb je 216 stijgingsmeters en mijn tijd over die ene kilometer was 21.14 min., loei en loeizwaar, en die kilometer duurt dan eindeloos lang. Kilometer 41 in 17 minuten, maar kilometer 42 gaat het behoorlijk stijl omlaag, je moet jezelf wel onder controle houden en deze kilometer liep ik in 6.00, nog gevolgd door een stukje van 4.05 in de eindsprint, waarbij ik luid werd aangemoedigd. Ik kwam over de finish in 6.25.46 en was daarmee 5e V65. Blij, gelukkig en heel tevreden kwam ik over de finish en totaal niet kapot. Dat is het rare van een bergmarathon, je hebt het onderweg best zwaar, maar wanneer je het goed indeelt (eerste helft heel rustig), kun je goed aan. Uiteraard hoor ik tot de langzamere lopers en hoe gek het ook klinkt, ik heb onderweg heel veel mensen ingehaald en wel ongeveer 100 vrouwen en 150 mannen. Bij de doorkomst van de 10 km was ik 940ste vrouw, aan het eind was ik 837ste vrouw.
Deze schitterende JUNGFRAU MARATHON loop je in een waanzinnig mooi decor, de 2e helft zie je voortdurend die machtige besneeuwde bergtop voor je , je loopt ernaar toe en vervolgens ertegenop. Iedere loper, die maar een beetje marathonambitie heeft zou deze toch minstens eenmaal in z’n leven moeten lopen, zeker de lopers, die trailen leuk vinden. De paadjes, de Jungfrau op zijn alleen wel hoger dan de duinen in Schoorl, maar bang hoef je er niet voor te zijn. De laatste jaren heeft vooral Piet menig Avantriaan enthousiast gemaakt om mee te doen, inmiddels heeft een flink aantal de stap gemaakt en aan een bergloop meegedaan (Jungfrau of Swiss Alpine). Zonder superlatieven te gebruiken, iedereen was enthousiast over het lopen zelf en vooral ook over het samen beleven van zo’n bergloop, gezellig met elkaar een paar dagen in een hotel, stukje parcours verkennen, terrasje, hapje eten, kabelbaan, tandradtreintje, maakt niet uit wat je ongedwongen met elkaar doet, het is gewoon gezellig, even een hele korte hardloopvakantie met loopmaatjes en wat vooral heel veel gedaan wordt is EINDELOOS PRATEN EN NAPRATEN OVER HET LOPEN.
Piet zei als afscheid in het hotel: TOT VOLGEND JAAR.